Marieke Quaak

Een (verkeers-)ongeval waarbij letsel wordt opgelopen kan veel impact hebben op het slachtoffer. Onder omstandigheden kan het slachtoffer aanspraak maken op vergoeding van immateriële schade (‘smartengeldvergoeding’).

Een (verkeers-)ongeval waarbij letsel wordt opgelopen kan veel impact hebben op het slachtoffer. Onder omstandigheden kan het slachtoffer aanspraak maken op vergoeding van immateriële schade (‘smartengeldvergoeding’). Nederlandse rechters wijzen in algemene zin relatief lage smartengeldvergoedingen toe, zeker als men dit vergelijkt met de smartengeldvergoedingen die in ons omringende landen worden toegekend.

Smartengeldvergoeding in internationaal perspectief

In de literatuur wordt al enige jaren kritiek geuit op de hoogte van de smartengeldvergoedingen die door Nederlandse rechters worden toegewezen. In andere West-Europese landen worden in algemene zin beduidend hogere smartengeldbedragen toegekend dan in Nederland. De verschillen tussen de smartengeldbedragen die ons in buurland Duitsland worden toegewezen enerzijds en in Nederland anderzijds zijn met name opvallend.

Een Duitse rechter kende in 2019 een smartengeldvergoeding van maar liefst € 800.000 toe. In deze zaak kwam een jongen van zeventien jaar met een voetbalblessure in het ziekenhuis. De behandeling van het letsel zou operatief plaatsvinden. Tijdens de operatie was de jongen echter niet goed aangesloten op het zuurstof, waardoor ernstige en onherstelbare hersenschade ontstond. Hij zou altijd doof, blind en verlamd blijven en kon niet meer zelfstandig functioneren. Dit voorbeeld is een illustratie van het feit dat de in Nederland toegekende bedragen soms schril afsteken tegen de bedragen die in naburige landen (zoals Duitsland) worden toegewezen.

Door verschillende auteurs wordt nogal eens de suggestie opgeworpen dat de Nederlandse rechter zich meer zou moeten aantrekken van de smartengeldbedragen die in naburige landen toegewezen worden. Dit is te meer relevant omdat de Hoge Raad in 2000 al oordeelde dat de rechter bij de begroting van smartengeld ook mag letten op ontwikkelingen in het buitenland. Daarbij oordeelde de Hoge Raad overigens wel dat deze ontwikkelingen niet bepalend zijn voor de in Nederland toe te kennen bedragen.

Recente rechtspraak: verhoging van smartengeldvergoedingen door Nederlandse rechter?

Hieronder licht ik enkele in het oog springende uitspraken toe, waarin de rechter - naar Nederlandse begrippen - een vrij hoge smartengeldvergoeding toewees. Er lijkt in deze uitspraken een tendens waarneembaar waarin gehoor wordt gegeven aan de oproep in de literatuur om de smartengeldbedragen te verhogen.

Een uitspraak van de Rechtbank Rotterdam van 24 december 2020 is in dat verband opmerkelijk. De rechtbank heeft in deze uitspraak een smartengeldvergoeding van € 350.000 toegekend. Dit is de hoogste smartengeldvergoeding ooit die in Nederland is toegewezen. Het slachtoffer in deze zaak was door een bekende zwaar mishandeld in zijn woning. Het slachtoffer kreeg een klap tegen zijn hoofd, waardoor hersenletsel ontstond en het slachtoffer halfzijdig verlamd raakte. De vader van het slachtoffer trof hem een dag later in coma aan op zijn bed.

De rechtbank overwoog in haar uitspraak dat bij het bepalen van de hoogte van dit bedrag rekening was gehouden met de zeer verstrekkende gevolgen die met name de mishandeling voor de benadeelde partij  had gehad en nog steeds heeft.

In de jaren voorafgaand aan deze uitspraak is een duidelijke trend waarneembaar in de rechtspraak waarin hogere smartengeldbedragen worden toegekend. Tot medio 2015 was het hoogste door een rechter toegewezen smartengeldbedrag € 150.000. Op 8 maart 2018 kende het hof den Haag een smartengeldvergoeding van € 250.000 toe. Dit was tot de uitspraak van de Rechtbank Rotterdam van 24 december 2020 de hoogst toegewezen smartengeldvergoeding in Nederland. In deze zaak was bij het slachtoffer van een ernstig geweldsmisdrijf sprake van ‘laag bewustzijn’. Betekenisvolle interactie met de omgeving was voor het slachtoffer niet meer mogelijk als gevolg van het misdrijf. Gelet op de ernst van de gevolgen voor het slachtoffer werd een hoge smartengeldvergoeding toegekend door de rechtbank.

Op 8 mei 2018  werd door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden een bedrag van € 225.000 aan smartengeld toegewezen. In deze zaak was een brandbom door een raam van een woning gegooid, waardoor de bewoners die in een ruimte daarachter lagen te slapen, ernstige brandwonden opliepen. 

Het hof Arnhem-Leeuwarden wees in 2020, evenals het hof Den Haag in 2018 deed, een smartengeldvergoeding van € 250.000 toe. De verdachte had in deze zaak verschillende keren met een revolver op het slachtoffer geschoten, waarbij een hoge dwarslaesie was ontstaan.

Bovengenoemde uitspraken laten zien dat de hoogte van door de rechter toegewezen smartengeldvergoedingen de afgelopen jaren gestegen zijn in Nederland. Het plafond van de door de Nederlandse rechter toegewezen smartengeldbedragen is met de uitspraak van de Rechtbank Rotterdam van 24 december 2020 immers met zelfs € 100.000,- verhoogd ten opzichte van de uitspraak van het hof Den Haag uit 2018.

Desondanks valt de hoogst toegewezen smartengeldvergoeding in Nederland (€ 350.000) in het niet bij de hoogte van de smartengeldvergoedingen die in ons omringende landen worden toegewezen. Hoewel de hoogte van de smartengeldvergoedingen in Nederland de achterliggende jaren zijn gestegen, kan de Nederlandse rechter niet achterblijven bij de ons omringende landen: de door de rechter toegewezen smartengeldvergoedingen in Nederland zouden dan mogelijk substantieel hoger kunnen uitvallen.

Lees ook:

Deel dit artikel

Neem contact op met onze specialisten voor meer informatie

Expertises