Jan Willem van Dommelen
Als Henk ’s avonds naar huis fietst, schiet plotseling zijn voorwiel weg en klapt hij tegen de grond. Er blijkt een diepe kuil in het fietspad te zitten. Henk heeft ernstig letsel opgelopen en raakt arbeidsongeschikt. Hij vraagt zich af of hij degene die het fietspad moest onderhouden aansprakelijk kan stellen voor de schade die hij lijdt.
Wie is aansprakelijk?
Openbare wegen (waaronder ook fietspaden, bruggen, trottoirs, etc.) moeten in principe worden onderhouden door de overheid. In het geval van Henk ging het om een fietspad binnen de bebouwde kom, zodat hij de gemeente wil aanspreken. Op de gemeente rust een zogenoemde risicoaansprakelijkheid. Als een van de wegen die de Gemeente moet onderhouden ‘gebrekkig’ is en een weggebruiker lijdt daardoor schade, staat daarmee in principe vast dat de gemeente aansprakelijk is. Het is bij deze vorm van aansprakelijkheid niet nodig dat de gemeente een verwijt kan worden gemaakt van het gebrek. Omdat de gemeente verantwoordelijk is voor het onderhoud, is alleen een ‘gebrek’ aan de weg al voldoende.
Wat is een gebrek?
In de rechtspraak is uitgewerkt dat een weg ‘gebrekkig is’ als deze weg niet voldoet aan “de eisen die men daaraan in de gegeven omstandigheden mag stellen”. Als er bijvoorbeeld een kuil aanwezig is in een weg waarover alleen auto’s rijden, zal die weg daardoor minder snel gebrekkig zijn dan wanneer diezelfde kuil aanwezig is in een fietspad. Een fietser zal immers (veel) sneller schade lijden door een kuil van een paar centimeter diep dan een automobilist.
Uiteindelijk gaat het erom wat de weggebruiker in redelijkheid wel en niet mag verwachten. Wegen hoeven niet altijd perfect onderhouden te zijn maar een weggebruiker hoeft niet bedacht te zijn op echt gevaarlijke situaties, zoals diepe kuilen en grote scheuren. Het onderscheid tussen deze twee categorieën is soms lastig te maken: wanneer wordt een kleine oneffenheid een gevaarlijke situatie? Is een kuil van 3 centimeter te diep, of is dat nog acceptabel? En 5, of 10 centimeter?
Hoe stel je een gebrek vast?
Voor die beoordeling schakelen wij vaak een deskundige in, een verkeersongevallenanalyst (VOA). Daarbij is belangrijk dat voor veel soorten wegen in zogenoemde CROW-richtlijnen precies is vastgelegd wat nog wel acceptabel is en wat niet meer. Voor verschillende soorten fietspaden wordt daarin bijvoorbeeld beschreven wat de maximale diepte is van kuilen, hoe breed een scheur mag zijn voordat het gevaarlijk wordt, etc. Samen met de VOA kijken wij aan de hand van die richtlijnen én de relevante rechtspraak of een bepaalde vorm van achterstallig onderhoud ook reden geeft om de gemeente aansprakelijk te stellen.
In het geval van Henk bleek uit de CROW-richtlijnen duidelijk dat de kuil veel te diep was. Zeker omdat het fietspad op die plek veel werd gebruikt, leverde dat een gevaarlijke situatie op en voldeed het fietspad dus niet aan de eisen die daaraan redelijkerwijs mochten worden gesteld. De gemeente diende de schade van Henk te vergoeden.
De letsellijn van BVD advocaten is tot 21.00 uur ’s avonds bereikbaar via (0318) 53 17 97. Ook afspraken – bij u thuis of op kantoor – zijn in de avond mogelijk.