Jaco van den Brink
n het aanbestedingsrecht geldt: heb je bezwaar tegen bepaalde bepalingen uit de stukken en voorwaarden, dan moet je hierover ‘klagen’ bij de aanbesteder vóór de inschrijving. In elk geval door hierover vragen te stellen in de inlichtingenronde, en daarbij te vragen om het punt aan te passen.
In het aanbestedingsrecht geldt: heb je bezwaar tegen bepaalde bepalingen uit de stukken en voorwaarden, dan moet je hierover ‘klagen’ bij de aanbesteder vóór de inschrijving. In elk geval door hierover vragen te stellen in de inlichtingenronde, en daarbij te vragen om het punt aan te passen.
Een mooie illustratie hiervan wordt geboden door een recent advies van de Commissie van Aanbestedingsexperts (advies 614, 11 februari 2021). Bij deze aanbesteding was in de stukken bepaald dat inschrijvers geen inschrijfvergoeding zou worden betaald, ook wel: tenderkostenvergoeding genoemd. Ook niet als de aanbesteding zou worden ingetrokken, aan het eind van de procedure. Een dergelijke bepaling is inmiddels in strijd met de Gids Proportionaliteit, Voorschrift 3.8B. Een aanbesteder mag niet op voorhand iedere vergoeding van inschrijfkosten uitsluiten, voor het geval van een laattijdige intrekking van de aanbesteding.
Deze ondernemer klaagde hierover echter na afloop van de aanbestedingsprocedure. Daarom oordeelde de Commissie hier: de ondernemer kan geen bezwaar meer maken tegen die bepaling in de aanbestedingsstukken. Dat moet vóór inschrijving gebeuren. Na inschrijving zijn de aanbestedingsstukken definitief bepalend. Er is dus geen recht op een inschrijfvergoeding, hoeveel kosten de ondernemer hierdoor voor niets had gemaakt.
Neem bij een aanbesteding de stukken dus goed door, vóórafgaand aan de inlichtingenronde, op onverhoopte bepalingen waartegen bezwaar moet worden gemaakt.