De afgelopen maanden deed de Centrale Raad van Beroep (CRvB) meerdere uitspraken over gemeentelijk beleid, de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en maatwerkvoorzieningen. In deze blog geef ik u een overzicht van de uitspraken en conclusies.

In oktober 2018 deed de CRvB uitspraak over een maatwerkvoorziening onder de Wmo. De Raad oordeelde toen dat onvoldoende concreet was op welke manier de voorziening wordt verleend. Het resultaat was duidelijk: een schoon en leefbaar huis – maar hoe moest dat bereikt worden? Hoeveel uren mochten eraan besteed worden? Het bleek niet concreet uit het contract van de gemeente en het leveringsplan van de zorgaanbieder. Dat was rechtsonzeker voor de zorgvrager, aldus de Raad. De onzekerheid zou weggenomen zijn als concreet een aantal uur genoemd werd dat nodig was voor een ‘schoon en leefbaar huis’.

Resultaatgestuurde maatwerkvoorziening

Hierover ontstond enige commotie. Gemeenten waren bang dat ze het werk en het aantal uur tot in detail zouden moeten verwerken in zorgcontracten. Deze uitspraak betekent echter niet dat gemeenten geen resultaatgestuurde maatwerkvoorzieningen meer kunnen leveren (alleen het resultaat ‘schoon en leefbaar huis’ opgenomen). Dat is bijvoorbeeld wel mogelijk door een leveringsplan, waarin concreet de benodigde werkzaamheden omschreven worden, te voorzien van een onderbouwing waarom deze werkzaamheden naar verwachting toereikend zullen zijn. De voorwaarde is dus dat duidelijk blijkt waar de zorgvrager recht op heeft. Het beleid van de gemeente dat de maatwerkvoorzieningen bepaalt, moet op onafhankelijk en deugdelijk onderzoek gebaseerd zijn.

Onafhankelijk en deugdelijk onderzoek

In een volgende uitspraak in december 2018 oordeelde de CRvB dat een rapport van KPMG onafhankelijk en bovendien deugdelijk was, en dus ten grondslag gelegd kon worden aan beleid voor de maatwerkvoorzieningen van gemeenten. Echter, de gemeente Nijkerk baseerde haar beleid deels wel op het KPMG-rapport, maar week daar op belangrijke punten zo sterk vanaf, dat de het beleid voor de voorzieningen niet berustten op onafhankelijk en deugdelijk onderzoek.

Afwijking van onderzoek

In een andere uitspraak in december wordt deze lijn bevestigd. In het beleid van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk werd afgeweken van het KPMG-rapport. Zo werd meer gewicht toegekend aan de omvang van de woning en het aantal uur dat dan nodig is voor de huishouding, wat in het KPMG-rapport buiten beschouwing is gelaten. De totale beschikbare huishoudelijke tijd week hierdoor zo af van het KPMG-rapport, terwijl dit een belangrijk punt betrof, dat ook het beleid van deze gemeente niet was gebaseerd op onafhankelijk en deugdelijk onderzoek.

Het beleid van de gemeente moet berusten op goed onderzoek. Het KPMG-rapport wordt door de CRvB aangemerkt als onafhankelijk en deugdelijk en biedt dus een goede basis voor gemeentelijk beleid met betrekking tot maatwerkvoorzieningen. Een gemeente mag hier niet te veel van afwijken, tenzij er ander goed onderzoek aan haar beleid ten grondslag ligt. Helemaal geen onderzoek – dat is uitgesloten. Dat blijkt uit de uitspraken van de afgelopen maand.

Deel dit artikel

Expertises