Erhard Koekoek

Het voorkomen van excessieve beloning door het invoeren van een beloningsmaximum. Dat is het doel die de wetgever zich heeft gesteld bij de Wet normering topinkomens. De in eerste instantie ingevoerde bezoldigingsmaxima zijn echter nog steeds te hoog bevonden dus werd de wetgevingsmachine aan het werk gezet. Het resultaat? Per 1 januari 2016 geldt in de zorg en jeugdhulp (alsmede de woonsector en het wetenschappelijk onderwijs) een nieuw beloningsmaximum. Een topfunctionaris in dienstbetrekking mag nog maximaal een ministersalaris [€ 179.000,-] verdienen, maar in voornoemde sectoren gelden ook lagere maximumnormen. Bij een relatief kleine zorginstelling welke is ingedeeld in klasse I kan het maximumsalaris bijvoorbeeld ‘slechts’ € 98.000,- bedragen. 

Hoe zien die nieuwe klassen er precies uit?

De precieze indeling van de instelling in de zorg en jeugdhulp in klassen zijn vastgelegd in de ministeriële Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp. Instellingen in de zorg en jeugdhulp worden per 1 januari 2016 ingedeeld in de klassen I tot en met V. De maximumgrenzen van de vijf verschillende klassen zijn als volgt:

KlasseBezoldigingsmaximum
I€ 98.000,-
II€ 120.000,-
III€ 145.000,-
IV€ 165.000,-
V€ 179.000,-

 

Hoe worden die nieuwe klassen vastgesteld?

Op grond van artikel 2 van de nieuwe Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp dient de hoogste toezichthouder (meestal de Raad van Toezicht) van de instelling, de instelling in te delen in de juiste klasse. Die indeling dient jaarlijks plaats te vinden aan de hand van de objectieve criteria welke zijn opgenomen in voornoemde regeling. De indeling in een bepaalde klasse is afhankelijk van de kennisintensiteit, het aantal taken, de financieringsbronnen en de omzet. De gedachte achter deze criteria is dat hoe complexer een instelling of hoe hoger de omzet, hoe zwaarder de functie van de topfunctionaris en daarbij past een hogere bezoldiging. Op basis van deze objectieve criteria wordt de instelling een bepaald aantal punten toegekend. Deze puntentelling leidt tot een bepaalde klasse.

De hoogste toezichthouder van de instelling is verplicht om de onderbouwing van de puntentoekenning alsmede de daaruit voortvloeiende klassenindeling schriftelijk vast te leggen. De accountant van de instelling dient deze onderbouwing vervolgens te controleren. Het is van belang dat deze onderbouwing van deze klassenindeling daadwerkelijk voorhanden is, aangezien het CIBG deze documentatie kan opvragen in het kader van toezicht en handhaving. 

Concern-regeling

Om te voorkomen dat grotere en complexere instellingen of rechtspersonen in de zorg en jeugdhulp met nog meer administratieve lasten worden opgezadeld, bevat de nieuwe regeling een ‘concern-regeling’. Wanneer een zorg- of jeugdhulpinstelling samen met een of meer andere zorg- of jeugdhulpinstelling(en) tot één groep (concern) behoort, dan mag voor iedere zorg- of jeugdhulpinstelling binnen het concern een klassenindeling worden toegepast die zou gelden indien alle zorg- of jeugdhulpinstellingen als één instelling zouden worden aangemerkt.

De indeling in een bepaalde klasse is afhankelijk van de kennisintensiteit, het aantal taken, de financieringsbronnen en de omzet.

Ter illustratie: een zorginstelling en een jeugdhulpinstelling binnen één concern met elk een omzet van 8 miljoen euro mogen worden aangemerkt als één instelling met een omzet van 16 miljoen. In de puntentelling betekent dat een verdubbeling van het aantal punten (van 1 naar 2) en daarmee dus een mogelijk hogere klassenindeling met een bijbehorend hoger beloningsmaximum voor de topfunctionaris(sen). 

Heeft u als zorgaanbieder of (aanstaand) topfunctionaris in de zorg of jeugdhulp vragen over de implementatie van de Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp? Voor advies kunt u contact opnemen met mr. E. (Erhard) Koekoek via 0342- 740 703 of per e-mail: koekoek@bvd-advocaten.nl of één van de andere zorgspecialisten van BVD advocaten.

Deel dit artikel

Neem contact op met onze specialisten voor meer informatie

Expertises