Cornelis Klepper

Wanneer je als particulier een verbouwing laat uitvoeren door een aannemer, kan het lastig zijn om precies te bepalen welke rechten en plichten er over en weer gelden. Aan de hand van een recente uitspraak van de rechtbank Gelderland leg ik uit wat de waarschuwingsplicht van de aannemer inhoudt. Ook bespreek ik hoe je kunt omgaan met openstaande facturen als de aannemer zijn verplichtingen niet nakomt.

Traprenovatie

Een particulier vroeg bij een aannemer een offerte op voor het maken en monteren van een trap. De aannemer stuurde een offerte, en vermeldde daarop dat de opdrachtgever verantwoordelijk was voor de maten die hij zelf doorgaf. Vervolgens liet de opdrachtgever de maten van de trap inmeten door een derde (een andere aannemer). Deze maten werden doorgegeven aan de aannemer die de trap zou plaatsen. Deze aannemer voerde de maten in zijn softwaresysteem in. Het systeem paste de maten aan om de trap te laten voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit. De aannemer stuurde de tekening met de gewijzigde maten vervolgens naar de opdrachtgever. Daarbij waarschuwde hij niet voor de gewijzigde maten.

De trap paste vervolgens niet. De opdrachtgever liet daarom het restant van de aanneemsom onbetaald. De aannemer liet het daar niet bij zitten en startte een incassoprocedure. In de procedure stelde de opdrachtgever zich op het standpunt dat hij niet hoefde te betalen, omdat de aannemer zijn werk niet goed had gedaan.

Het oordeel van de rechter

De rechter oordeelde dat de aannemer onjuist heeft gehandeld. De aannemer is wettelijk namelijk verplicht de opdrachtgever te waarschuwen voor onjuistheden in de opdracht. Doordat de aannemer wist dat de maten waren gewijzigd, en doordat hij de opdrachtgever toch niet heeft gewaarschuwd voor de afwijkende tekening, heeft de aannemer niet aan zijn verplichting voldaan.

In dat geval lijkt het terecht dat de opdrachtgever de factuur van de aannemer niet betaalde. Toch dacht de rechter daar anders over. De opdrachtgever beriep zich namelijk op opschorting van zijn betalingsverplichting. De rechter vond dat opschorting van de betaling in deze situatie niet passend was. Opschorting is namelijk bedoeld om de andere partij (in dit geval: de aannemer) te prikkelen alsnog de verplichtingen na te komen. De betaling mag dus worden ingehouden totdat de aannemer het werk heeft hersteld. In dit geval had de aannemer echter al duidelijk gemaakt dat hij niet zou herstellen. Opschorting heeft dan geen zin meer. De rechter oordeelde daarom dat de opdrachtgever de facturen gewoon moest betalen.

De les

De opdrachtgever dacht dat hij een sterke zaak had (omdat de aannemer niet aan zijn verplichtingen had voldaan), maar moest toch betalen. Had dat anders gekund? Ja, de opdrachtgever had beter kunnen kiezen voor (gedeeltelijke) ontbinding van de overeenkomst. Een overeenkomst mag worden ontbonden als een van de partijen zijn verplichtingen niet nakomt. Door te ontbinden, vervalt de betalingsverplichting. Ontbinding is een meer permanente oplossing dan opschorting.

Deel dit artikel

Neem contact op met onze specialisten voor meer informatie

Expertises