Natasja Barské-Gelling
In de praktijk doet zich helaas soms de situatie voor waarin een ouder beperkte betrokkenheid heeft bij het leven van zijn kind. Als daarbij ook het contact met de andere ouder verstoord is, kan het moeilijk zijn om op de hoogte te blijven van de ontwikkelingen in het leven van het kind.
Om ervoor te zorgen dat zelfs in dergelijke omstandigheden een ouder betrokken kan blijven bij het leven van het kind, voorziet de wet in een informatie- en consultatieplicht. Deze plicht vereist dat ‘de ouder met ouderlijk gezag’ de andere ouder op de hoogte houdt van ‘gewichtige aangelegenheden’ met betrekking tot het kind en indien nodig de andere ouder raadpleegt over belangrijke beslissingen die genomen moeten worden. Op verzoek van de andere ouder kan de rechtbank zo'n informatieverplichting opleggen. Maar wat gebeurt er als het kind niet wordt verzorgd door een ouder met ouderlijk gezag? Uit een recente uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland blijkt dat een informatieverplichting ook kan worden opgelegd aan verzorgers van de minderjarige die geen ouderlijk gezag hebben.
Wat speelt er?
In deze zaak is er geen enkel contact tussen de man en zijn minderjarige dochter. De man heeft vanaf de geboorte van het kind geen deel uitgemaakt van haar leven. Ten tijde van de geboorte van het kind was de moeder zelf minderjarig. Om die reden zijn haar ouders destijds benoemd als voogden. Tot op heden is de vrouw – inmiddels meerderjarig - nog altijd niet met het gezag belast. Op dit moment wordt het kind verzorgd door zowel de moeder als de voogden. De vader van de minderjarige verzoekt de rechtbank onder andere een informatieplicht te bepalen.
De rechtbank is van oordeel dat de man het recht heeft om op de hoogte te blijven van zijn dochter en om te weten hoe het met haar gaat. Dit geldt in het bijzonder omdat de man geen omgang met de minderjarige heeft en dit ook niet (op korte termijn) valt te verwachten.
Wat houdt een informatieplicht in?
De wettekst spreekt van het informeren over ‘gewichtige aangelegenheden’. Hierbij kan worden gedacht aan de leerprestaties of schoolkeuze van de minderjarige, de gezondheid c.q. ontwikkeling van de minderjarige of belangrijke financiële aangelegenheden die de minderjarige betreffen. Door het verschaffen van informatie aan de man kan een minimale betrokkenheid van de man bij het leven van de minderjarige worden gewaarborgd.
Voor wie geldt de informatieplicht?
De wettekst verwijst specifiek naar de ‘met gezag belaste ouder’. In deze situatie is het echter zo, dat het kind door een ouder zonder gezag en de voogden wordt verzorgd. Als de wettekst letterlijk wordt gevolgd, lijkt het erop dat er geen informatieverplichting aan de vrouw of de voogden kan worden opgelegd. De rechtbank heeft echter een andere interpretatie. Op dit moment dragen zowel de moeder als de voogden verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding van de minderjarige. Volgens de rechtbank omvat deze verantwoordelijkheid ook het informeren van de andere ouder over belangrijke zaken met betrekking tot het kind.
Daarom heeft de rechtbank zowel de vrouw als de voogden een informatieverplichting opgelegd. Ze moeten elke drie maanden gezamenlijk een bericht van minstens twee pagina's, samen met drie recente foto's van de minderjarige, naar de vader sturen, evenals kopieën van schoolrapporten en andere relevante documenten.
Conclusie
In situaties waarin een ouder beperkte betrokkenheid heeft bij het leven van zijn kind en het contact met de andere ouder is verstoord, voorziet de wet in een informatie- en consultatieplicht. Deze plicht waarborgt dat de ouder op de hoogte blijft van belangrijke ontwikkelingen in het leven van het kind en betrokken wordt bij belangrijke beslissingen. Uit bovenstaande uitspraak van de rechtbank volgt dat een dergelijke informatieverplichting niet uitsluitend kan worden opgelegd aan een ouder met ouderlijk gezag, maar ook aan verzorgers van een kind zonder gezag.