Een uithuisplaatsing (een kind gedurende dag en nacht uit huis plaatsen) is één van de meest verstrekkende kinderbeschermingsmaatregelen. Om tot deze maatregel over te kunnen gaan, is het noodzakelijk dat een kind ook onder toezicht is gesteld.
Een uithuisplaatsing (een kind gedurende dag en nacht uit huis plaatsen) is één van de meest verstrekkende kinderbeschermingsmaatregelen. Om tot deze maatregel over te kunnen gaan, is het noodzakelijk dat een kind ook onder toezicht is gesteld. In de Jeugdwet is bepaald dat een kind bij voorkeur in een pleeggezin of een gezinshuis wordt geplaatst ‘tenzij dit aantoonbaar niet in het belang is van de jeugdige’.
Gronden
Wanneer mag een kind uit huis geplaatst worden? Slechts wanneer dit in het belang is van de verzorging en opvoeding van het kind of tot onderzoek van de geestelijke of lichamelijke gesteldheid van een kind. Een uithuisplaatsing kan alleen wanneer de nagestreefde doelen niet bereikt kunnen worden als het kind bij de ouders blijft wonen. Wanneer een uithuisplaatsing aan een kind meer schade aanricht dan het doen voortduren van de huidige zorgelijke situatie, is een uithuisplaatsing niet noodzakelijk (Hof ’s Hertogenbosch 16 juni 2016).
Spoedmaatregel
Een uithuisplaatsing kan in het geval van acute noodzaak ook met spoed worden verleend. Het criterium is dat in dat geval de beschikking tot uithuisplaatsing direct wordt gegeven indien de behandeling niet kan worden afgewacht zonder onmiddellijk en ernstig gevaar voor het kind. In de meeste gevallen verleent de kinderrechter telefonisch een machtiging waarmee de Raad voor de Kinderbescherming de kinderen uit huis kan plaatsen. Binnen twee weken dienen de belanghebbenden (meestal de ouders) te worden gehoord door de kinderrechter. Een spoedmaatregel is zo mogelijk nog ingrijpender en dient grondig gemotiveerd te worden. Rechtsbescherming van belanghebbenden staat in deze situatie ernstig onder druk.
Termijnen
Een machtiging tot uithuisplaatsing kan voor de duur van maximaal een jaar worden afgegeven. De kinderrechter bepaalt de duur van een uithuisplaatsing. De machtiging kan ook steeds voor de duur van een jaar worden verlengd. Als terugkeer naar de ouders niet mogelijk is, kan het gezag van ouders worden beëindigd.
Richtlijnen uithuisplaatsing
De Richtlijnen uithuisplaatsing voor jeugdhulp en jeugdbescherming schrijven voor dat een uithuisplaatsing een uiterste redmiddel is, als er geen andere oplossingen zijn. Vormen van (intensieve) ambulante zorg, dagbehandeling, inzet van het netwerk – alles moet in het werk gesteld worden om een uithuisplaatsing te voorkomen.
Nederland is ‘Europees kampioen’
In het najaar van 2020 stuurde Stichting Het Vergeten Kind een brandbrief naar alle wethouders Jeugd en bijna 9.000 raadsreden met de boodschap dat Nederland ‘Europees kampioen’ uit huis plaatsen is. In 2019 waren bijna 43.000 kinderen uit huis geplaatst, waarvan 21.000 in een pleeggezin. Uit Onderzoek van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en de Inspectie Justitie en Veiligheid blijkt dat de gecertificeerde instellingen in de jeugdbescherming en jeugdreclassering er op dit moment niet in slagen om hun wettelijke taken te vervullen: kwetsbare kinderen zijn onvoldoende beschermd.