“Kan ik voor 21 dagen vrijgesteld worden van de verplichting om ervoor te zorgen dat mijn zoon naar school gaat?”, aldus de vraag van een moeder aan de Leerplichtambtenaar van de gemeente Den Haag. De Leerplichtambtenaar reageerde afwijzend, maar haar moeder nam haar zoon toch mee naar Curaçao. Recent deed de Raad van State uitspraak in deze zaak.

De moeder wilde met haar kind naar Curaçao vanwege het huwelijk van haar vader. Bovendien zou haar vader na zijn huwelijk een hartoperatie moeten ondergaan. Genoeg redenen om het verlof aan te vragen.

Leerplichtwet

De systematiek van de Leerplichtwet zit als volgt in elkaar. De ouders van een basisschoolleerling moeten ervoor zorgen dat hun kind de basisschool geregeld bezoekt. Het verlof gaat dus niet over de verplichting van het kind om naar school te gaan, maar over de verplichting van de ouders die ervoor moeten zorgen dat hun kind naar school gaat. Het schenden van deze plicht is strafbaar gesteld in de Leerplichtwet. Oftewel: als een ouder er niet voor zorgt dat zijn kind naar school gaat – en daarmee de Leerplichtwet overtreedt – dan kan de ouder gedagvaard worden door het Openbaar Ministerie.

Als een ouder voor deze verplichting uit de Leerplichtwet een vrijstelling wil, beslist óf het hoofd van de school óf de Leerplichtambtenaar. Het hoofd van de school beslist als het gaat om een vrijstelling voor maximaal 10 dagen. De Leerplichtambtenaar beslist over vrijstellingen voor langere periodes.

Gewichtige omstandigheden

De vrijstelling kan verleend worden als er sprake is van ‘gewichtige omstandigheden’. Voor het bepalen van de lengte van de vrijstelling is een beleidsregel* opgesteld. Daarin staat dat voor een huwelijk in het buitenland verlof verleend kan worden voor 5 dagen. Is een familielid levensbedreigend ziek, dan kan verlof voor 10 dagen gegeven worden, aldus de beleidsregel.

Hoewel de moeder op de hoogte was van de afwijzing van haar aanvraag door de Leerplichtambtenaar, nam ze haar zoon toch mee naar Curaçao. Ze had toestemming van het schoolhoofd, zei ze tegen de Raad van State. Op Curaçao liet ze haar zoon voor een periode van een week naar een basisschool gaan. Twee redenen, zo zei de moeder, om niet van 21 verzuimdagen uit te gaan, maar van veel minder.

Daar ging de Raad van State niet in mee. De Leerplichtambtenaar heeft terecht over alle 21 dagen beslist. Het schoolhoofd had helemaal geen bevoegdheid om over de vrijstelling te beslissen, ook niet over een kortere periode. Dat het schoolhoofd beslist over de eerste 10 dagen en de Leerplichtambtenaar over het resterende gedeelte volgt niet uit de Leerplichtwet, aldus de Raad van State. Helaas voor de moeder tellen de schooldagen op Curaçao niet mee. Moeder had de verplichting om haar zoon in Den Haag naar school te sturen, omdat hij daar stond ingeschreven.

Conclusie

Tot slot gaat de Raad van State uitgebreid in op de gewichtige omstandigheden. Het oordeel: moeder heeft niet duidelijk gemaakt dat haar vader levensbedreigend ziek was en dat er geen uitzicht meer was op herstel. Ook de periode van maximaal 5 dagen voor het huwelijk van haar vader is ruim overschreden. De Leerplichtambtenaar wordt door de Raad van State in het gelijk gesteld.

Wat kunt u hier van leren? Wees u er van bewust dat beslissingen over vrijstellingen van de Leerplichtwet niet altijd door het schoolhoofd genomen mogen worden. Een toestemming van het schoolhoofd voor een langere periode dan 10 dagen is ongeldig. Is een kind dan niet op school, dan geldt dat als verzuim.

* Het gaat om: ‘Beleidsregel uitleg ‘specifieke aard van het beroep’ en ‘andere gewichtige omstandigheden’ bedoeld in de Leerplichtwet 1969’ van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. 

Deel dit artikel

Expertises