
Jaco van den Brink
Jaco van den Brink
De concept-kerndoelen voor het burgerschapsonderwijs zijn dit jaar opgeleverd. Dit na jarenlange voorbereiding door Stichting Leerplanontwikkeling (SLO) en overleg met allerlei experts, klankbordgroepen, pilotscholen en met OCW. De kerndoelen gelden voor het funderend onderwijs, waarbij de inhoud voor het PO/SBO in grote lijnen hetzelfde is als die voor VO/VSO.
Het resultaat mag er zijn: een beknopt overzicht van onderwerpen die aan bod moeten komen. De gekozen accenten en omschrijvingen lenen zich voor invulling en benadering vanuit allerlei morele invalshoeken en levensbeschouwingen.
Het wachten is nu op de regering, die een besluit (AMvB) moet nemen om de kerndoelen wettelijk verplicht te maken (het parlement heeft hierin dus geen formele rol). Volgens een onlangs gepubliceerd implementatie-overzicht van OCW over de herziene kerndoelen is de planning dat de kerndoelen burgerschap vanaf augustus 2027 wettelijk moeten gelden. Het handhavend toezicht start volgens deze planning voor alle nieuwe kerndoelen tegelijk in 2031. Een uitvoerige Kamerbrief d.d. 1 september 2025 licht toe hoe OCW het pakket aan herziene kerndoelen (waaronder die voor burgerschap) wil helpen implementeren.
De conceptkerndoelen zijn ook aanzienlijk beknopter geformuleerd dan het ontwerp dat in 2024 was gepubliceerd. Het brede begrip ‘burgerschap’ is behapbaar gemaakt in drie kerndoelen (5 doelzinnen) en een beknopte uitwerking. Om aan gebruikers nog wat meer inspiratie en uitleg te geven, is ook een begrippenlijst toegevoegd en zijn er illustratieve suggesties, maar die behoren niet tot de beoogde wettelijke kerndoelen.
Om een korte duiding te geven van de inhoud: bij het eerste kerndoel gaat het om de school als oefenplaats voor (actief) democratisch burgerschap. Bij het tweede kerndoel om het reflecteren op het belang van basiswaarden voor de democratische rechtsstaat en van onderling respect in de diversiteit. Hier ligt ook veel nadruk op het ‘leren luisteren naar elkaar’, en het beschouwen van mensen als gelijkwaardig, juist bij onderlinge verschillen. In hoeverre identiteit en diversiteit individuele of collectieve begrippen zijn, blijft in het midden. Dat laatste gebeurt expliciet ook bij het derde kerndoel. Daarin wordt beoogd aandacht te geven aan de verantwoordelijkheid voor burgers om bij te dragen aan het welzijn van medemensen, de samenleving en die democratische rechtsstaat, “vanuit eigen idealen of overtuigingen”.