Erhard Koekoek

Als franchiseondernemer bent u druk met uw supermarkt. Met het personeel, de leveranciers en uw klanten zijn vaak een hele berg aan contracten gesloten. Maar wat staat er eigenlijk in uw eigen contract met de franchisegever? Wie is die ‘U’ eigenlijk in uw franchiseovereenkomst? Bent u dat in persoon? Is dat uw besloten vennootschap? Of misschien beiden? 

Het antwoord op die vraag is zeer van belang, zoals recent weer bleek uit diverse uitspraken. De rechtbank Noord-Holland en de rechtbank Rotterdam bogen zich hier in de achterliggende weken ook over. In beide zaken werd de franchiseondernemer aansprakelijk gesteld door de franchisegever. Er ontstond echter discussie over de vraag wie nu eigenlijk partij was bij de franchiseovereenkomst en dus aansprakelijk kon worden gesteld.

Meld u aan voor onze netwerkbijeenkomst voor franchisenemers

Niet hoofdelijk aansprakelijk

In de ene franchiseovereenkomst stond dat de heer (…), handelend in privé, dan wel via de besloten vennootschap de franchiseondernemer (contractspartij) was. Toen de franchiseondernemer zowel in privé als via zijn besloten vennootschap hoofdelijk aansprakelijk werd gesteld, kwam hij in het verweer. Hij zei dat uitsluitend zijn BV verantwoordelijk was voor de financiën. De rechtbank volgde de franchiseondernemer echter niet. Hij was immers wel degelijk in privé de franchiseovereenkomst aangegaan, ook al was dat misschien niet zijn bedoeling. Die bedoeling had de franchiseondernemer dan maar duidelijk moeten vastleggen, zo volgt uit deze uitspraak.

Schrale troost was wel dat franchisegever hier een wat vage beschrijving had gebruikt. Daaruit bleek niet dat de franchisenemer zowel in privé als via zijn BV hoofdelijk aansprakelijk was. Had de franchisegever dat gewild, dan had hij dat ook maar duidelijk moeten vastleggen. Dat betekende dus dat de franchisegever slechts voor 50% van de schade kon aankloppen bij de franchiseondernemer in privé en voor 50% bij de BV. De franchiseondernemer was in privé dus niet voor 100% aansprakelijk.

Van eenmanszaak naar BV

In de andere zaak bij de rechtbank Noord-Holland had de franchiseondernemer eerst een eenmanszaak, maar was deze tijdens de duur van de franchiseovereenkomst omgezet in een BV. In een lange zin in de franchiseovereenkomst stond dat in dat geval “de statutair directeur respectievelijk de franchisenemer-privé-persoon hoofdelijk aansprakelijk zijn en blijven voor alle verplichtingen die voortvloeien uit deze overeenkomst voor de vennootschap”.

Er ontstond een geschil over betaling van de franchisefee. De franchisegever sprak vervolgens zowel de franchiseondernemer in privé, de B.V. en de statutair directeur van de B.V. aan. De rechtbank maakte echter korte metten met de aansprakelijkstelling van de statutair-directeur. Uit voornoemde lange zin in de franchiseovereenkomst bleek volgens de rechter niet dat daarmee de statutair-directeur en de franchisenemer-privé-persoon zijn bedoeld. Met het begrip ‘respectievelijk’ kan immers ook bedoeld zijn als ‘dan wel’. De onduidelijkheid over deze bepaling komt dan ook voor rekening en risico van de franchisegever. De statutair-directeur van de B.V. was dus niet aansprakelijk.

Scherp zijn

Deze uitspraken leren dat het erg van belang is scherp te zijn namens wie u als franchiseondernemer een (franchise)overeenkomst aangaat of bent aangegaan. U kunt immers in verschillende hoedanigheden optreden. Recent stond ik een franchiseondernemer bij die op hoge poten door zijn franchisegever aansprakelijk werd gesteld voor honderdduizenden euro’s. De sommatiebrieven werden aan de franchiseondernemer in privé gezonden en daar schrok hij in eerste instantie toch wel van. Echter, de franchiseovereenkomst stond uitsluitend op naam van de BV. Franchisegever had dus niets te sommeren aan de franchiseondernemer in privé, zodat hij hier met deze kennis ook niet meer wakker van hoefde te liggen.

Zie ook:

Deel dit artikel

Neem contact op met onze specialisten voor meer informatie

Expertises